Interview: Chris Maene over Beethoven en de ontwikkeling van de piano

  • Akoestische piano
  • Innovatie
  • Historische klavierinstrumenten
  • Chris Maene Straight Strung Concert Grand

Het leven van Beethoven, 1770 tot 1827, valt samen met de meest interessante periode uit de geschiedenis van de klavierbouw.

Aan het woord is niemand minder dan onze eigen Chris Maene, expert op het gebied van historische instrumenten, en neemt u mee in de wereld van Beethoven en zijn piano. 

Chris Maene over Beethoven

Context: Hoe Beethoven de ontwikkeling van de piano beïnvloedde.

Iedere periode ondergingen de 5 octaafs lichtgebouwde en helder klinkende 18de-eeuwse instrumenten een voortdurende metamorfose tot 6 1/2 octaafs robuuste piano’s met metalen verstevigingen, dikkere snaren en grotere hamerkoppen met een zwaardere aanslag tot gevolg. Intussen ontwikkelde de pianoforte zich in 3 belangrijke centra: Wenen, Londen en Parijs, elk met hun eigen bouwscholen en typische kenmerken. Ze beconcurreerden elkaar met voortdurende innovaties om de Europese markt te veroveren. Opeenvolgende veranderingen aan klavieromvang, kastenbouw, frame, zangbodem, mechaniek, hamers en pedalen resulteerden in een steeds grotere klank.

In Beethovens tijd ontstond snel een steeds groter groeiende markt. Waar het Klavecimbel tot het midden van de 18de eeuw nog het voorrecht was van de aristocratie werd de pianoforte het huiskamerinstrument van de bourgeoisie.

Daardoor evolueerde de pianobouw van ambacht naar industrie. Einde 18de eeuw maakte Anton Walter 30 instrumenten per jaar. 20 jaar later bouwde Conrad Graf meer dan 100 piano’s per jaar terwijl Broadwood al een productie kende van een paar honderd instrumenten. Ook het aantal pianobouwers groeide enorm. Eind 18de eeuw waren er in Wenen een 10-tal bouwers actief, 20 jaar later waren het er al meer dan 50.

Bij de dood van Beethoven in 1827 was de piano zo geëvolueerd dat bij verschillende bouwers reeds alle elementen van de moderne vleugel aanwezig waren: klavieromvang van 7 octaven, mechaniek à double échappement van Erard, vilten hamerkoppen bij Pape, kruissnarigheid Pape, metalen frame Erard 1822, Pleyel 1825. Tussen de 1770 en 1830 is de piano meer geëvolueerd dan in alle jaren nadien.

Moedigde Beethoven de ontwikkeling van de piano aan?

We kunnen er niet van uitgaan dat de vele ontwikkelingen in de pianobouw samenvielen met de geniale composities van Beethoven, die vaak ontegensprekelijk de allergrootste pianocomponist aller tijden genoemd wordt.

Door de snelle veranderingen in de pianobouw was hij ongetwijfeld een grensverleggende pianocomponist die in een liefde-haatverhouding worstelde met de beperkte mogelijkheden van de op dat moment beschikbare instrumenten.

Beethoven moet met zijn composities een enorme stimulans geweest zijn voor al de relevante pianobouwers uit die periode. Veel bouwers probeerden in de gratie van Beethoven te komen in de hoop dat hun instrument hoger gewaardeerd werd en zo de verkoop zou gestimuleerd worden. Beethoven was steeds op zoek naar nieuwe klankmogelijkheden en was daarbij niet trouw aan de Weense bouwers.

In 1803 bezat hij al een Erard die zo afweek qua klank, toucher, pedalen en registermogelijkheden dat dit instrument moeilijk te onderhouden viel door de Weense bouwers met een heel andere kennis en verschillende normen en waarden.

In 1817 kreeg Beethoven een vleugel aangeboden door Thomas Broadwood die daarmee een commercieel in Wenen probeerde te behalen. Deze Engelse piano had een totaal andere klank en speelaard dan de Weense waardoor nieuwe mogelijkheden tot grensverleggend componeren voor de hand lagen.

Johannes Andreas Stein Pianoforte

Beethoven’s piano’s en hun ontwikkeling

Er werd lang verkeerdelijk gedacht dat de moderne piano het eindproduct is van een lange ontwikkeling waarbij de 20ste eeuwse piano beter is dan al zijn voorgangers.

Het succesvol restaureren, het nauwkeurig nabouwen van historische piano’s, de vele concerten en opnames erop hebben intussen al lang het tegendeel bewezen.

Gedurende 3 eeuwen heeft de pianomuziek zich ontwikkeld. Deze ontwikkeling ging ontegensprekelijk samen met de ontwikkeling in de pianobouw. Op verschillende tijdstippen werden piano’s gemaakt die perfect voldeden aan de eisen destijds.

Meer dan bij gelijk welke andere componist heeft de piano tijdens het leven van Ludwig Van Beethoven een snelle ontwikkeling gehad. Wil men de pianomuziek van Beethoven uitvoeren op de piano’s die hij gekend heeft dan hebben wij een veelvoud van instrumenten nodig.

 

Johann Andreas STEIN

Toen de jonge Beethoven in Bonn in contact kwam met de piano waren de instrumenten van Stein er al goed verspreid. Daarenboven bezocht hij als 17-jarige het pianoatelier van Stein in Augsburg waardoor hij de eigenschappen van Stein’s piano’s goed leerde kennen.

De klank was helder en gearticuleerd, beminnelijk en lyrisch. Het prellmechaniek maakte een uiterst gevoelig toucher mogelijk. De hamers hadden geen opvangers. Dat was geen gebrek maar een keuze. Net zoals bij het clavichord en het klavecimbel had een te harde aanslag geen verbeterend resultaat. Bij het hamermechaniek van Stein resulteerde dat zelfs in een storende dubbele aanslag. De piano vroeg een heel subtiele, gecontroleerde toucher.

Anton Walter Pianoforte

Anton WALTER

Toen Beethoven in 1792 in Wenen aankwam leerde hij daar de instrumenten van Walter kennen. Hij gaf er snel de voorkeur aan. Het prellmechaniek van Walter bezat immers wel vangers die ervoor zorgden dat de hamer direct na de aanslag opgevangen wordt waardoor opnieuw opkaatsen voorkomen wordt. Om die redenen is krachtiger en briljanter spel op de Walter mogelijk. Ook de zangbodem en de bredere kam zorgen voor een groter volume.

Erard Pianoforte

Sébastien ERARD – Parijs 1803

Terwijl heel wat Weense pianomakers gratis een instrument wilden leveren aan de jonge virtuoos wou Beethoven zelf in 1802 een Erard aankopen in mahoniehout met 5.5 octaaf klavieromvang en met een una corda pedaal.

Vreemd was dat terwijl de Weense pianobouw volop in expansie was dat Beethoven in 1803 een innovatieve Franse vleugel van Erard bezat.

Het nieuwe mahoniehouten instrument had een omvang van 5.5 octaaf FF-c’’’’, was volledig 3 korig besnaard en had een gesplitste kam voor de bassen.

De vleugel had 4 pedalen:

  • Lute (felt moderator)
  • Damper
  • Sourdine (buff)
  • Keyboard shift due corde, una corda

Hiermee klonk deze Erard vleugel voller en moderner dan de Weense. Dit gaf Beethoven de mogelijkheid zijn werken grotere expansie te geven.

Het probleem van deze Erard vleugel was dat het instrument voor onderhoud afhankelijk was van de verdedigers van de Weense school. Ze begrepen de werking van het mechaniek nauwelijks en probeerden zo het instrument aan te passen aan de Weense normen.

Frits Vienna Pianoforte

Johann FRITZ - 1811

Van Beethoven is geweten dat hij contact had met meerdere bouwers, vaak om soms gratis over piano’s te kunnen beschikken.

Anderzijds was hij een inspiratiebron voor bouwers om instrumenten te maken die mogelijks aan zijn verwachtingen zouden kunnen voldoen.

Waar Anton Walter tegen het eind van de 18de eeuw met zijn 5 octaafs piano’s de absolute top in Wenen behaalde ging bij de verdere ontwikkeling de eer naar meerdere pianomakers zoals Fritz, Schantz, Streicher, Brodmann, Rosenberger enzovoort.

Alhoewel al deze instrumenten onderling van elkaar verschillen zijn zowel de goed gerestaureerde originelen als de trouwe kopieën uitermate geschikt om de pianomuziek van Beethoven uit te voeren.

De Fritz pianoforte van 1811 is een mooi voorbeeld van de perfectie van Weense piano’s omstreeks 1810.

De klavieromvang is 6 octaven FF-f’’’’. Bassen en medium zijn 2snarig. De discant is 3snarig. Het instrument heeft 4 pedalen. Una corda, bassoon, moderator en demping.

De zangbodem is dun en de bruggen zijn gesplitst in de bassen. De hamerkoppen zijn klein en de aanslag is licht en precies. De klank is breed en vol en heeft een groter volume dan de instrumenten van omstreeks 1800.

Nanette STREICHER - 1814

Toen Andreas Stein in 1792 stierf had hij grote faam. Zijn dochter Nanette nam het bedrijf over. In 1794 trouwde ze met Andreas Streicher en vestigden zich in Wenen. 

Tot 1805 maakten zij conservatieve instrumenten in de stijl van haar vader.

Van de Streicher’s is geweten dat zij nauwe contacten met Beethoven onderhielden. Zij behoorden tot de eerste Weense bouwers die de vernieuwende ideeën van Beethoven aanvoelden en erkenden.

De krachtige manier van spelen van Beethoven en ook van zijn navolgers inspireerden hen naar een nieuw soort 6 octaafs pianoforte. Door ingrepen in de kastenbouw, zangbodem en mechaniek werd de toon voller, langer en romantischer dan die van de klassieke Weense pianoforte.

Broadwood 1817 Pianoforte

John BROADWOOD - 1817

In het eerste kwartaal van de 19e eeuw was Wenen het absolute centrum van klavierbouw in Europa. Naast componisten en uitvoerders kwamen vele instrumentenmakers zich daar vestigen. Londen was het tweede centrum. Daar werden meer piano’s gebouwd dan in Wenen, maar een groot gedeelte daarvan waren tafelpiano’s.

De vleugels haalden er wel het allerhoogste niveau en waren algemeen veel innovatiever dan de Weense. Toen Broadwood in 1817 een Engelse vleugel aan Beethoven schonk hoopte hij daarmee door te breken op de Weense markt.

Dit werd bemoeilijkt door chauvinisme maar ook door de grote verschillen met de Weense piano’s. De kastenbouw van de Engelse piano was lichter dan de Weense, terwijl de snaarspanning hoger was. Dit gaf meer draagkracht en volume. De zangbodem was bewust dikker dan bij de Weense, wat resulteert in een lange aansprekende toon.

De relatief grondtonige klank van de Engelse is het gevolg van het aanslagpunt dat meer naar het midden van de snaar ligt. Door de vorm van de hamerkoppen die meer leer hebben dan de Weense krijgt de toon een mildere attaque. De dempers in de bassen zijn kleiner en dempen doelbewust niet goed af; ze geven nagalm.

De due corde en una corda werken zeer effectief. Om al deze redenen kunnen wij aannemen dat deze Broadwood volledig aansluit bij de grootsheid van Beethovens pianomuziek.

Conrad Graf Pianoforte

Conrad GRAF - 1825

In 1825 schonk Conrad Graf een pianoforte in bruikleen aan Beethoven. Graf was een van de vele nieuwe bouwers die zich in Wenen vestigde. Hij groeide snel uit tot de meest succesvolle en beroemdste Weense pianobouwer.

Die roem had hij te danken aan de hoge kwaliteit gecombineerd met een doordachte productiemethode. In zijn fabriek bouwde hij met 40 werknemers wel 100 piano’s per jaar. Graf bouwde zijn piano’s nog volledig in de Weense traditie maar zijn instrumenten klinken forser, langer en romantischer.

Hij kopieerde de zangbodem van Broadwood om dichter bij de Engelse stijl te komen.

Welk instrument zou Beethoven het meest hebben gewaardeerd??

Alhoewel al de besproken piano’s perfect waren op het moment dat ze gemaakt werden ging de evolutie zo snel dat ze vlug ouderwets aanvoelden.

De klavieromvang ging van 5 oktaven naar 5 ½ oktaven dan naar 6 en daarna naar 6 ½ oktaven. De kastenbouw verstevigde van 80 kg naar 130 kg. De besnaring ging van 2 dunne snaren naar 3 dikke snaren per noot. De hamerkoppen werden groter waardoor het touché ook zwaarder aanvoelde.

De klank evolueerde van klassiek naar vroeg-romantisch. Het feit dat Beethoven zijn composities snel evolueerden, zijn strenge verwachtingen en zijn doofheid maakt dat hij altijd hogere eisen en verwachtingen stelde. Dit alles laat mij vermoeden dat hij nooit tevreden was over zijn piano’s.

Welk instrument heeft uw voorkeur?

Van alle piano’s waar Beethoven kon over beschikken waren de Broadwood en de Erard de meest innovatieve. Het waren instrumenten van een concurrerende bouwschool (de Engelse en de Franse) die ook grondige veranderingen van de Weense piano’s teweegbrachten.

Uiteindelijk waren het de Engelse en Franse piano’s die aan de bron lagen van de hedendaagse vleugel.

Zou Beethoven de opkomst van het metalen frame hebben toegejuicht?

De dood van Beethoven viel samen met nieuwe ontwikkelingen in de Franse en Engelse pianobouw. Door het gebruik van zware metalen versteviging en metalen platen kon de spanning op de snaren opgedreven worden, waardoor het volume gevoelig toenam.

De zwaardere hamerkoppen vroegen een nieuw soort mechaniek dat zwaarder aanvoelde dan de Weense. De Weense bouwers claimden altijd dat hun Prellmechaniek preciezer en gevoeliger speelde dan het Stossmechaniek en daarvoor hielden ze nog enkele jaren vast aan hun houten frame.

Als Beethoven nu zou hebben geleefd zou hij dan de rechtsnarige Chris Maene of een moderne kruissnarige vleugel bespelen?

Als Beethoven geleefd had in een tijd waar auto’s, treinen en vliegtuigen bestonden had hij zeker het beste hoorapparaat. Zijn leven zou totaal anders geweest zijn, zijn composities ook. Laat ons blij zijn dat hij leefde bij de vroege ontwikkeling van de piano en dat hij met zijn composities daarbij een zeer belangrijke bijdrage geleverd heeft.

Er werd lang verkeerdelijk gedacht dat de moderne piano het eindproduct is van een lange ontwikkeling waarbij de 20ste eeuwse piano beter is dan al zijn voorgangers. Het succesvol restaureren, het nauwkeurig nabouwen van historische piano’s, de vele concerten en opnames erop hebben intussen al lang het tegendeel bewezen.

Gedurende 3 eeuwen heeft de pianomuziek zich ontwikkeld. Deze ontwikkeling ging ontegensprekelijk samen met de ontwikkeling in de pianobouw. Op verschillende tijdstippen werden piano’s gemaakt die perfect voldeden aan de eisen destijds. Meer dan bij gelijk welke andere componist heeft de piano tijdens het leven van Ludwig Van Beethoven een snelle ontwikkeling gehad. Wil men de pianomuziek van Beethoven uitvoeren op de piano’s die hij gekend heeft dan hebben wij een veelvoud van instrumenten nodig.

 

En nog dit…

Alle moderne vleugels van vandaag hebben het kruissnarig systeem waarbij de bassen schuin over de snaren van het middenregister liggen. De schuine ligging van de nerven van de zangbodem volgen de brug van diskant to bas. Dat alles zorgt voor de homogene beïnvloeding van de toon. Een moderne vleugel klinkt mooi en zuiver en alle tonen zijn in balans en met elkaar afgewogen.

Bij de rechtsnarige vleugel van Chris Maene liggen de snaren logisch naast elkaar. De nerven van de zangbodem liggen in dezelfde richting van de snaren. Hierdoor worden de individuele tonen versterkt. Dit leunt nauw aan bij de historische piano’s die zich kenmerkten door registerkwaliteit. Dit wil zeggen dat er geen eenheid van toon over het klavier is, maar dat de bas, het middenregister en de diskant een eigen klankkarakter bezitten. Bij de Chris Maene Concert Grand is dit een voordeel tegenover de hedendaagse concertvleugels omdat de tonen van bas en medium minder wollig door elkaar gaan. Dit is een eigenschap die Beethoven zeker zou gewaardeerd hebben!

Wil jij meer weten over de pianobouw en de Chris Maene Straight Strung vleugels? Klik dan op de knop!

♭♩